blij weerzien met Palac Lenno in Wlen
Als prelude voor onze midweek Praag besloten we om enkele dagen terug te keren naar
het Poolse Wlen. Op de top van één van de Neder-Silezische bergen heeft Vlaming Luk Vanhauwaert een ruïne terug tot leven gebracht. Tijdens de zomervakantie hadden we er een plezante en vooral rustige tijd. We wilden wel eens zien hoe Wlen er in de lente bijlag, hoe ver Luk stond met zijn nieuw bouwproject en tevens hadden we er nog een rekening openstaan die we wensten te vereffenen.
beklimming naar de burchtruïne
Het was een blij weerzien met Palac Lenno, de 'kasteelheer-bioboer' Luk en zijn medewerksters die naam en faam verwierven met hun kook- en bakkunsten. In het eetgedeelte rond de open haard pronkte een culinair tijdschrift waarin tekst en beeld je doen watertanden van het smaakvolle gebak van Palac Lenno. Het was evenwel frisjes daar in Polen. De dag voor onze aankomst had het er nog gesneeuwd. In de grachten en hier en daar op de daken lag nog een wolk sneeuw als getuige. In de verte is de
Sniezka, de hoogste top van het Reuzengebergte, volledig ondergedompeld in een verse laag sneeuw. De Duitsers noemen de berg niet voor niets de Schneekoppe. Met enkele klompen hout werd de haard in de kamer aangestoken waardoor het snel lekker warm werd.
het goudveil geniet van de natte leemgrond
De 2 andere koppels die op
Palac Lenno verbleven, verkozen een sneeuwwandeling in het skigebied nabij de Sniezka. Volledig vrij wandelen zat er niet in, hoorde ik, want er was lawinegevaar gemeld. Met ons groepje van 6 hielden we het op een dagje wandelen in de nabije natuur. De cultuur zal in Praag wel voldoende aan bod komen. Rondom Palac Lenno is er een lokaal wandelparcours uitgetekend, de zogenaamde 'gezondheidswandeling', waarmee je enkele uren door prachtige natuur wandelt. Regelmatig dien je een pittige beklimming te volmaken. Het genieten van de vogels en planten kan enkel mits niet geringe sportieve prestaties.
het natuurgebied rondom Palac Lenno is heel biodivers
de holwortel pronkt weelderig rond Palac Lenno
de flanken van de burchtruïne staan vol met bosanemoon en daslook
ziedaar, de bosgeelster
Het stukje Neder-Silezië waar wij verbleven, is een uitgelezen plek voor natuurmensen. Massatoerisme, zelfs toerisme an sich, bestaat er niet. Vervuiling door industrie is er onbestaande, 's nachts is het er dubbel zo donker dan hier en nergens is het zo stil als hier. Doordat de wegen er vaak erg bekaaid bijliggen, tellen we aan een gemiddelde snelheid van 50 km/uur bij een autoverplaatsing. De natuur is grotendeels in ongerepte staat (Neder-Silezië was voor de laatste wereldoorlog Duits gebied. De Polen hebben zowat alles van cultuurhistorische waarde geplunderd en vernield, tot de mausolea op de kerkhoven toe maar de natuur hebben ze flink intact gelaten) en de wijdse uitzichten en open ruimtes kennen we niet in Vlaanderen. De bodem is er rood lemig wat een interessante, kalkminnende flora oplevert.
Tijdens onze stevige wandeling deden we heel wat interessante ontdekkingen. Het bos rond de vervallen ruïne nabij Palac Lenno was gevuld met een dicht tapijt van daslook. Men zegt dat het nog ontsnapte afstammelingen zijn van de moestuin van de dame van de burcht. Hier en daar ook grote groepen met bosanemonen die, nu de bomen nog bladerloos zijn, mooi stonden te bloeien. Een erg fijne verrassing waren de tientallen planten holwortel. Deze bijzonder fraaie bloemen brachten een frisse, paarswitte gloed in het bos en de hommels waardeerden zichtbaar de nectar ervan.
afdaling naar het stadje Wlen
Ook vonden we grote matten goudveil en muskuskruid. Aan de rand van het bos ontdekten we nog bosbingelkruid, heksenkruid, salomonszegel en longkruid. Voor het eerst tijdens mijn leven zag ik, op een wat droger en zonniger stuk, verscheidene planten bosgeelster in het wild. Op dat zelfde stukje verstoorde bodem bloeiden ook primula's. Volgens het informatiebord van het natuurgebied zouden hier ook lynxen, vossen en dassen wonen. Laat ons hopen dat het waar is. Over spechten kan er geen twijfel bestaan. Hun geroffel was tijdens gans de wandeling te horen.
groepsfoto tijdens de 'gezondheidswandeling'
Op Palac Lenno zelf zorgde de zanglijster voor de mooie noten. Dé vogels van het huis zijn evenwel de
zwarte roodstaarten. Zij voelen zich thuis tussen de stapels hout en stenen op de binnenweide van het gerestaureerd kasteel. De vele schapen en lammetjes die vrijelijk op het domein rondlopen zijn ook bevorderlijk voor het insectenleven en laat dat net het geliefkoosd eten zijn voor de roodstaarten.
De natuur loopt in Wlen zo'n 2 weken achter op onze fauna en flora. De uitgestrekte boomgaard stond er hierdoor nog bloemloos bij en dat vond ik wel een beetje jammer omdat het een bijzonder prachtig beeld moet geven. Maar ook zonder bloesems was onze lentewandeling in Wlen er eentje om in te kaderen.
Na een tweede nacht slapen en een stevig gevarieerd ontbijt, zoals je dat op weinig plekken zult tegenkomen, namen we afscheid van
Luk en zijn rechterhand Bernadette (kokkin, administrator, landbouwingenieur,....). Het lukte prima om via ons kastje van online bankieren geld over te schrijven naar de juiste Poolse rekening. Met opgeladen batterijen reden we vandaar uit naar Praag, de Tsjechische hoofdstad. Hoe zou het met haar gesteld zijn, 17 jaar na ons laatste bezoek?