Over Kortrijk wist ik eigenlijk niks zinnigs te vertellen. Op een TV-quiz had ik wel eens twee dikke ronde torens aan het water gezien maar het antwoord op de vraag over welk 'beschermd monument' het ging, moest ik toen schuldig blijven. En de Guldensporenslag had -geloof ik- ook wel iets met Kortrijk te maken. Hoogtijd om aan deze onwetendheid een einde te maken en de Groeningestad aan de Leie een bezoek te brengen. Tijdens de krokusvakantie vonden we nog een gaatje in onze agenda.
Jeugdherberg 'Groeninghe'
Als uitvalsbasis kozen we voor de jeugdherberg 'Groeninghe' aan de Passionistenlaan. In jeugdherbergen voelen we ons meteen thuis. De kenmerkende soberheid vinden we net een pluspunt en de huisregels nemen we er graag bij. Veel meer dan een goed slapend bed en een lekker ontbijt hebben we immers niet nodig. Tijdens onze vakanties zijn we toch meestal op pad.
Terwijl onze enige medegasten, een groep Engelse scholieren, richting Flanders Fields trokken, wandelden wij de Kortrijkse stad in. Alle bezienswaardigheden liggen er op wandelafstand en dat is meegenomen.
Grenzend aan de jeugdherberg staat de Sint-Antoniuskerk, beter gekend als de kerk van de zaligverklaarde passionist Broeder Isidoor. Ik ken de man niet maar hij blijkt wel op de Vaticaanse shortlist te staan als potentieel toekomstige heilige. Men wacht nog op 1 nieuw mirakel en dan staat niets de heiligverklaring nog in de weg.
Onder de gulden sporen nabij het Groeningemonument
Via de Groeningelaan belandden we zo op de site van de Groeningekouter, het slagveld van de Guldensporenslag. Op 11 juli 1302 stonden hier zo'n 8000 Vlaamse opstandelingen recht tegenover het Franse koninklijke leger. De Vlamingen stonden voor een onmogelijke opdracht maar toch slaagden ze erin om de Fransen, waaronder zo'n 3000 ridders te paard, te vernederen. De feestdag van de Vlaamse gemeenschap herinnert aan deze slachtpartij... vandaar misschien de vele barbecues?
Poserend voor het Streekbezoekerscentrum en het museum Kortrijk 1302
Wie zich wil verdiepen in de Slag van Kortrijk moet zeker eens het museum Kortrijk 1302 bezoeken. Dit museum is gehuisvest in de voormalige Groeningeabdij en het is ook voor architectuurliefhebbers erg interessant. Hoe men hier de moderne architectuur heeft verzoend met een historische site is wonderbaarlijk. Voor 1 euro geraakten we met ons zessen binnen -leve de lerarenkaart- en voor we het wisten waren we twee uren verder.
Onze vaderlandse geschiedenis werd er behoorlijk opgefrist en bijgesteld: noch de Leeuw van Vlaanderen (Robrecht van Bethune), noch Jan Breydel bleken meegevochten te hebben in de Guldensporenslag. En de 'goedendag' is helemaal geen gepinde bal maar een gewone houten stok met een ijzeren punt. En diegenen die refereren naar dit gevecht om Vlamingen en Walen tegen mekaar op te zetten, zitten historisch gezien helemaal fout. Goed om weten.
De Broeltorens aan de Leie of het antwoord op de quizvraag
Bij onze wandeling naar het Buda-eiland, het stukje Kortrijk dat helemaal door de Leie wordt omarmd, passeerden we die torens van de quiz. Het goede antwoord was 'de Broeltorens' en ze blijken zowat de laatste restanten te zijn van de middeleeuwse stadsvestingen. De zuidelijke toren (Speyetoren-1385) maakte deel uit van de versterkte omheining van het grafelijk kasteel, de noordelijke toren (Ingelborchtoren-1413) werd opgetrokken voor de verdediging met artilleriegeschut.
Op het Buda-eiland beklommen we de Budatoren die volledig ingepalmd was door een internationaal gezelschap van studenten design en ontwerp. Deze toren was ooit de brouwerij Tack en werd respectvol onder handen genomen door architect Stéphane Beel.
Het Belfort (Unesco-werelderfgoed) en -links- de Sint-Maartenskerk
Behalve vele bouwkranen kan je in de Kortrijkse skyline ook heel wat interessante kerken vinden. De Onze-Lieve-Vrouwekerk (13de eeuws), vlakbij het museum Kortrijk 1302, moet je zeker eens bezoeken. De (bombastische) barokke inkleding steekt er fel af tegen de Gravenkapel (1370). Hier zijn alle graven van Vlaanderen op wandschilderijen afgebeeld en de vloertegels zijn gedecoreerd met leeuwen. Guido Gezelle was hier onderpastoor tot 1889 nadat hij in Brugge 'wegvluchtte wegens allerlei beschuldigingen'.
De Sint-Maartenskerk (12de eeuws) nabij de Grote Markt heeft een imposante hoofdingang. Binnenin vind je een indrukwekkende sacramentstoren, een 17de eeuwse preekstoel en schilderijen uit de school van Rubens. De bijhorende oude dekenij in de schaduw van deze kerk werd door de kinderen herkend als de "mijn restaurant-eetgelegenheid Dell'Anno". Geen teken van leven evenwel... wel twee pijnlijke valpartijen van die van ons die zich verkeek op de ijsgladde paadjes in het Begijnhofpark.
Kortrijk is ook de trotse bezitter van twee gebouwen uit het omvangrijke Unesco-werelderfgoed: het Belfort (sinds 1999) en het Begijnhof (sinds 1998). Het Belfort viel meteen op door haar geringe grootte. Het is nog een overblijfsel van de
middeleeuwse lakenhalle en beschikt over een beiaard met 48 klokken. Bekend zijn ook de uurslagers Manten en Kalle. De originele figuren werden evenwel ontvoerd naar het Franse Dijon.
De vier kinderen in het Begijnhof
Het verstilde Begijnhof toonde zich bijzonder fotogeniek. De besneeuwde paden en daken pasten perfect bij de witgeschilderde muren van de gezellige barokhuisjes. Het weinige volk dat we er tegenkwamen, had allemaal een fototoestel in aanslag. Op ieder hoekje een nieuw schilderijtje om in te kaderen. Je zou er lyrisch van worden.
De stadswandeling had ons blij verrast. Van mensen die er wonen hoorden we wel dat ze de vele bouwwerven in de stad grondig beu zijn en dat is begrijpelijk. Toch is Kortrijk zeker de moeite waard. En dan te weten dat de charmes van de Leie en het vele stadsgroen pas binnen enkele weken volledig tot hun recht komen.
Enthousiast en moe gestapt strandden we in de late namiddag terug in de jeugdherberg. Daar werden we meteen op de hoogte gebracht van het tragische treinongeval van Halle. Ook onze dorpsgenote Tia Hellebaut, ja die van de Pizzahut, horen we aankondigen dat ze terug de atletiekpiste zal betreden. Afscheid nemen heeft vele gedaantes.