Er lagen hier nog 6 kortingsbonnen én twee bonnen voor een gratis overnachting in een Vlaamse jeugdherberg stof te vergaren. Omdat ze maar geldig waren tot het eind van dit jaar, trokken we deze week naar Jeugdherberg De Veurs in Sint-Martens-Voeren.
De Veurs kennen we al. Vorig jaar overnachtten we er met gans de familie Rutten naar aanleiding van
de gouden bruiloft van mijn ouders. Het is een recent gerenoveerde jeugdherberg met een prachtig uitzicht op het Limburgs Voerendorpje met
de sierlijke betonnen spoorwegbrug uit de eerste wereldoorlog. Tegen de muur rondom het kerkje vind je nog sporen van de taalstrijd. Om te genieten van een flinke natuurwandeling maakt het evenwel niet uit of het nu Fourons of Voeren is.
in de Voerstreek vind je nog heel wat struwelen en hagen
Tijdens ons verblijf met de grote familie wandelden we de eerste avond ten noorden van de jeugdherberg. De dag erop stapten we met een sportieve delegatie naar de Abdij van Val-Dieu in de vallei van de Berwinne. Deze keer kozen we ervoor om in te gaan op de wandeltip van een collega van Kristien. De man in kwestie had al heel veel wandelingen in de Voeren afgestapt maar die van Teuven vond hij het allermooist. We kregen van hem de wandelknooppunten met vertrek en aankomst aan de Sint-Pieterskerk in Teuven. Samen met Remersdaal ligt Teuven het meest oostelijk van de zes Voerendorpen. Het dorpje ligt in het diepe dal van de Gulp, een bijrivier van de Geul.
geen sneeuw, maar krijt in de Teuvenerberg
Vooraleer de wandeling aan te vatten liet ik mijn vrouw in de toeristische dienst in 's Gravenvoeren de kaart van het Wandelnetwerk met bijhorende brochure kopen. 8 euro kost deze bundel. Op deze fraai uitgegeven kaart is 124 km wandelplezier uitgetekend, je kan er alle benamingen van bossen, bergen en bijzondere gebouwen op terugvinden en in een oogopslag kan je er de wandelafstand op natellen. De schitterende wandeling die wij deden bedraagt 12 kilometer en vergt toch een wat uitgebouwd uithoudingsvermogen en sportieve aanleg. Hier zijn de knooppunten: 85-84-83-82-80-77-76-75-74-73-86-85. Een prima tip van de collega.
het is duidelijk wie hier waterdichte botten aanheeft.
Wie de wandeling wil overdoen, raad ik aan bij het begin zeker de Teuvenerberg niet links te laten liggen. Op knooppunt 84, aan de achterzijde van het kasteel van Sinnich, kan je een pittige klim aanvangen naar knooppunt 83. Boven aangekomen waan je je op de Hoge Venen. Niet zo verwonderlijk want op de bereikte 245 meter hoogte zit je niet heel veel lager dan het hoogste punt van Vlaanderen, in het vlakbij gelegen Remersdaal dat 287,5 meter bedraagt. Ook de Nederlandse grens is hier maar 200 meter vandaan.
Na de afdaling richting Remersdaal stap je onder de spoorwegbrug van de goederenlijn Aachen-Tongeren. Deze spoorlijn werd tijdens WO I door de Duitsers aangelegd. In de buurt van knooppunt 77 gaat deze spoorlijn ondergronds om in de buurt van Veurs (knooppunt 74 of 65) weer bovengronds te komen. 2070 meter lang is deze tunnel onder het Veursbos. Hiermee is het de langste spoorwegtunnel van Vlaanderen.
kleurenspel in de Voeren
Bij het naderen van Remersdaal (76), na het ploeteren door de lemige modder van de veldweg, zie je een leuke elektriciteitscabine wedijveren om ter mooist met de kerktoren. Geniet ondertussen van de vele hagen, holle wegen en kronkelende wandelwegen. Let vooral ook op de stilte. In de Voeren hoor je nauwelijks storend achtergrondlawaai. We zijn er meer andere wandelaars tegengekomen dan auto's. Zalig. En vriendelijk dat de mensen waren! Slecht één drukke weg (N648) moet je oversteken. De lus die je vervolgens maakt in het Bosreservaat 'Veursbos' is echt een mooi stukje natuur.
ploeteren in de lemige modder hoort erbij
Op geen enkel moment komt het in je op dat onder het Veursbos (255 meter hoogte) een trein rijdt. Alle blikken gaan naar het mooie bos. Alhoewel het winter is, een uitzonderlijke zachte wel, horen we heel wat vogels. Aan knooppunt 75 komt er een schilderachtig uitzicht op Veurs tevoorschijn. Het compenseert de vermoeidheid die zich in de benen genesteld heeft. Ik hoor de opmerking dat een café (met toilet) onderweg toch welgekomen was. Nog 3 kilometers eer het zover is, dat zal nog wel lukken. In Teuven is er eet- en drankgelegenheid genoeg.
uitzicht op Veurs aan de achterzijde van het Bosreservaat 'Veursbos'.
Het klimmetje naar 73 kan tellen. Vreemd dat het smal paadje volgestort ligt met afbraakmateriaal. Betonbrokken en stukken arduin zijn niet meteen hetgeen je wat verwacht op een natuurwandeling. Aan de geur te merken sijpelt hier ook ergens een riool het dal in. Laat hierdoor evenwel de pret niet drukken. De wandeling is gewoonweg prachtig en erg gevarieerd. Het is de Voerstreek ten top: glooiende landschappen, een rijke kalkminnende natuur, prachtige kleine landschapselementen (holle wegen, sleedoornhagen, amfibiepoelen,...), feeërieke vergezichten en een deugddoende rust.
De aangekochte brochure leert me dat de ondergrond van de Voerstreek in feite "de zeebodem is van een ondiepe tropische zee die er zo'n 100 miljoen jaar geleden golfde". De metersdikke kalklaag die je in de bodem van de Voerstreek vindt, bestaat uit de skeletjes van "foraminiferen", diertjes met een uitwendig skelet van kalk. De glooiing van de Voeren werd dan weer gevormd tijdens het Pleistoceen (de ijstijden). De bodem werd toen omhoog geduwd door de vorming van de Alpen. Razend interessant toch?
een alleenstaande appelboom vol met maretakken
De laatste kilometer naar de kerk van Teuven (85) moet een beeld geven van hoe de wereld er ook had kunnen uitzien. Je wandelt er op een kronkelend kerkenpad zoals er duizenden in Vlaanderen zijn afgeschaft of werden verhard ten dienste van het autoverkeer. Het is een mooi einde van een vermoeiende dag. In de lente moet het ongetwijfeld nog zoveel mooier zijn dan op deze gure, grijze dag. Nu we de kaart toch in ons bezit hebben, houdt niets ons tegen om nog veel te komen wandelen in de Voerstreek.
Uitrusten deden we in Moeder de Gans, een gekende herberg in Teuven. Modderschoenen zijn er geen bezwaar. Ik at er een vegetarische salade van het huis (salade overgoten met warme artisjokkensaus) met bruin brood. Met ons zessen zaten we rond een eeuwenoude put binnen in de veranda. Alle plekjes in de herberg waren bezet en dat op een gewone dinsdagnamiddag. Blijkbaar is Moeder de Gans een attractie op zichzelf. Je hoort er Duits, Vlaams, veel Hollands maar ook Voerens dialect. Betalen doe je er toch gewoon met de euro. Pannekes, bikkels, rondellen of schoon keien worden er niet aanvaard. Vast en zeker een heel bijzonder decor maar redelijk prijzig. Prettig detail: de stroom wordt er, net als bij ons, geleverd door Ecopower.
Bij de terugrit naar huis passeren we Gulpen en een bordje 'Aachen 12 km'. Dat is misschien nog een idee voor volgende keer?