De paasvakantie werd hier gebruikt voor het verwijderen van de zomerschade en het opnieuw aanleggen van een aantal hoeken van de tuin. Door het wegvallen van een grote inheemse vogelkers komen vele vierkante meters plots in de volle zon te liggen. Drie oude azalea's, ooit nog aangeplant door mijn wijlen schoonvader, gaven ook de geest en de vrijgekomen ruimte kreeg een facelift. Het lijkt me een winsituatie voor vlinders en insecten en zelf ben ik er ook tevreden over. Schade is niet prettig maar het creëert voor plantenliefhebbers nieuwe mogelijkheden.
Zuidgerichte zone onder de vogelkers. Tussen alles wat blijven kon, aanplant van Euphorbia polychroma, Viola labradorica, Hemerocallis, Malus 'Sentinel'; Sedum spurium, Veronicastrum sibericum, Phlox paniculata 'White Admiral', Achillea ptarmica 'The Pearl', Hesperis matronalis en Lychnis chalcedonica (brandende liefde).
Een tuinbeeld dat we al ergens staan hadden kreeg een meer prominente plaats tussen de Euphorbia, Veronicastrum en Viola. In de pot komt nog een kleurig plantje. Tussen alle planten werd voorzichtig eigengemaakt haksel gelegd. Hiermee hoop ik dat de bodem minder snel uitdroogt.
De zone van de Azalea's ligt in de halfschaduw en de grond is er wat minder droog. De Azalea's werden vervangen door 3 Deutzia's - een voor mij onbekende nieuwe hybride - en tussenin staan nu Helleborus orientalis, wilde judaspenning, Ligularia dentata 'Othello', Aceriphyllum rossii, Smilacina racemosa (valse salomonszegel), Achillea filipendulina en een grotere groep nagelkruid (Totally Tangerine en Mai Tai). Centraal kan de Acer triflorum blijven staan want hij heeft niet geweten van de voorbije vier maanden durende droogte.